De focus ligt op de buik-, rug- en bekkenspieren. Tijdens de oefeningen wordt er gelet op de ademhaling. Je ademt uit bij inspanning en weer in bij de teruggaande beweging. De ademhaling is posterieur en lateraal gericht, wat in de praktijk betekent dat je jouw ribbenkast breed maakt tijdens inademing. Je richt daarbij naar de zijkant en achterkant van de ribbenkast bij inademing en tegelijkertijd span je je diepe buik- en bekkenbodemspieren aan.
Tegenwoordig worden er een aantal versies van Pilates onderwezen, de meeste zijn gebaseerd op 9 principes.
Oorspronkelijk waren het de volgende 6 principes:
- ademhaling
- concentratie
- controle
- precisie
- centriciteit
- vloeiende bewegingen (flow)
Inmiddels zijn daar een 3-tal principes aan toegevoegd:
- uitlijning
- uithoudingsvermogen
- ontspanning